Daar zit een luchtje aan

close up of ant on log

Leeftijd: 9-12 jaar

Duur activiteit (exclusief uitleg): 20 minuten

Introductie

Mieren vinden voedsel met behulp van een slim systeem.

Ze hebben geen kaart of kompas. Ze kunnen ook niet verder zien of ruiken dan een paar centimeter. Hoe vinden mieren dan toch iedere keer jouw picknickmand? En hoe komt het dat, nadat één mier je picknickmand heeft gevonden, de hele mierenkolonie er zo snel bij is?

Voorbereiding activiteit

Bij deze activiteit worden touwen met een geurtje gebruikt om het feromoonspoor van mieren na te bootsen. Hiervoor heb je 2-3 stukken hennep- of katoentouw van 1-1,5 m lang nodig, verzadigd met een sterk ruikende etherische olie (bijvoorbeeld pepermunt). Doe hiervoor de touwen in een plastic doos, voeg een paar druppels etherische olie toe, doe er een deksel op en laat de oliën intrekken.

Activiteit

Volg onderstaande stappen:

  • Vraag 2-3 leerlingen (afhankelijk van het aantal touwen) om 'mieren' te zijn en doe een blinddoek bij hen om.
  • Leg de touwen op de grond in een niet-recht patroon, maar ook niet te 'bochtig'. Je kunt de touwen ook kruisen om de opdracht lastiger te maken.
  • De 'mieren' gaan op hun knieën zitten en leggen hun neus op het uiteinde van een van de touwen. Het doel is om, zonder het touw te zien of aan te raken, met je neus de 'voedselbron' te vinden (oftewel: het andere uiteinde).

Uitleg

Simpele uitleg

Als je je vrienden kwijtraakt in het bos, kun je ze soms toch nog terugvinden door te letten op de aanwijzingen die ze achterlaten. Zo kun je bijvoorbeeld het meest vertrapte pad volgen. Bij mieren is dit net zo, alleen gebruiken zij een ander zintuig. Wetenschappers hebben ontdekt dat een mier een geurspoor (oftewel: feromonen) verspreidt, waardoor andere mieren weten welk pad er door de mier is afgelegd.

Uitgebreide uitleg

Als mieren hun nest verlaten om voedsel te zoeken, lopen ze willekeurig rond, maar ze laten altijd een geurspoor (oftewel: feromonen) achter. Wanneer een mier onderweg voedsel tegenkomt, neemt hij een stukje mee en volgt hij zijn eigen feromoonspoor terug naar het nest. Dit feromoonspoor wordt zo twee keer zo sterk als alle andere feromoonsporen op de grond, omdat de mier heen en weer is gelopen.

Mieren volgen een eenvoudige regel: als je een feromoonspoor tegenkomt dat sterker is dan het jouwe, volg het dan. Zo ontdekt de hele mierenkolonie uiteindelijk de weg naar jouw picknickmand, zonder kaart en zonder leider.

Kijk naar de vier afbeeldingen hierboven. Vier mieren (A, B, C en D) gaan op zoek naar voedsel en laten een feromoonspoor achter.

  • Afbeelding 1: Mier A vindt voedsel en volgt zijn eigen feromoonspoor terug naar het nest, waardoor de sterkte van het feromoonspoor verdubbelt.
  • Afbeelding 2: Mier D ruikt dit sterke spoor en volgt de route.
  • Afbeelding 3: Mier C vindt ook de weg naar het voedsel.
  • Afbeelding 4: Mier B vindt het voedsel vanuit een andere richting en start een nieuwe route naar de voedselbron.

Hoe dit de wereld helpt

Zoals we hebben gezien, vinden mieren voedsel door het sterkste feromoonspoor te volgen. Het sterkste spoor is de weg die een mier net twee keer heeft gelopen (een keer van het nest naar voedsel, en een tweede keer van het voedsel terug naar het nest). De andere sporen verdampen langzaam.

Op het internet vinden we soortgelijke strategieën. Het aantal hyperlinks is als de sterkte van de feromoonsporen. Als het aantal hyperlinks toeneemt, neemt de kans toe dat mensen naar die webpagina gaan. Bij mieren is dit net zo: als de sterkte van een feromoonspoor toeneemt, neemt de kans toe dat een mier dit spoor zal volgen.

Denk ook aan het aantal 'likes' dat een pagina heeft - je zult sneller een gadget, kledingstuk of vakantiebestemming kiezen als het meer likes heeft.

Verder gebruiken een aantal transportbedrijven (zoals Air Liquide) computerprogramma's met een algoritme geïnspireerd op mieren, om de kortste routes te berekenen voor leveringen.

Link met STEAM (en bèta) onderwijs

  • Nederlands: Kerndoel 4, Kerndoel 12
  • Oriëntatie op jezelf en de wereld: Kerndoel 40
  • Bewegingsonderwijs: Kerndoel 57, Kerndoel 58

Verder onderzoek